CRvB: geen bijstand in beroepsfase na intrekken status met terugwerkende kracht

Het rechtmatig verblijf van verzoekster is geëindigd door de intrekking van haar verblijfsvergunning bij besluit van 26 juli 2019.

De rechtbank Rotterdam heeft het beroep van verzoekster met betrekking tot de afwijzing van de aanvraag om een verblijfsvergunning gegrond verklaard, de beslissing op bezwaar van de IND vernietigd en de IND opgedragen opnieuw te beslissen op het bezwaar van verzoekster tegen het besluit van 18 december 2019. Door deze uitspraak heeft verzoekster opnieuw rechtmatig verblijf. ...

Naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter heeft het college zich terecht op het standpunt gesteld dat verzoekster niet voldoet aan de voorwaarden voor bijstand, omdat de verblijfsvergunning die zij had al was ingetrokken voordat zij deze aanvraag deed.

Naar het oordeel van de voorzieningenrechter zal het bestreden besluit naar verwachting met een aanvullende motivering in hoger beroep kunnen standhouden zodat de uitkomst van de aangevallen uitspraak in stand zal kunnen blijven. Voorlopige voorziening afgewezen.

CRvB 21/1727 PW-VV, 9.9.21
http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:CRVB:2021:2282