Beroep ongegrond. De voorzieningenrechter stelt vast dat de seksuele geaardheid van de vreemdeling niet in geschil is. Verder is niet in geschil dat homoseksuele handelingen in Marokko strafbaar zijn. In geschil is het antwoord op de vraag of de vreemdeling vanwege zijn homoseksuele geaardheid bij terugkeer naar Marokko te vrezen heeft voor vervolging in de zin van artikel 3 EVRM.
De voorzieningenrechter is van oordeel dat de vreemdeling de gestelde vrees bij terugkeer niet aannemelijk heeft gemaakt. Daarbij wordt overgewogen dat uit de landeninformatie van Vluchtelingenwerk ook blijkt dat de strafbaarstelling van homoseksualiteit in Marokko in de praktijk niet actief wordt toegepast en dat homoseksuelen slechts sporadisch vanwege hun geaardheid worden vervolgd. Het artikel in de Washington Post zegt nog niets over het werkelijke aantal veroordelingen ter zake.
Rb Amsterdam, 14/11911, 20.6.14