Rb: verzet tegen overdracht is geen onderduiken

De vreemdeling is naar Schiphol gebracht voor zijn overdracht, maar de overdracht is, door zijn verzet,  niet doorgegaan. Daarna is hij naar Ter Apel gebracht om zich daar opnieuw te melden voor zijn asielaanvraag. De staatssecretaris beschouwt dit als onderduiken en verlengt de overdrachtstermijn.

De rechtbank oordeelt dat het beleid van de staatssecretaris niet in lijn is met het arrest Jawo. In het arrest Jawo staat juist dat voor onderduiken is vereist dat een vreemdeling doelbewust buiten het bereik van de autoriteiten blijft. Hiervan is in het onderhavige geval geen sprake. De vreemdeling is naar Schiphol gebracht om overgedragen te worden, daarna is hij ook naar Ter Apel gebracht om zich daar te melden. Dat de vreemdeling zich zou hebben verzet tegen de overdracht, is onvoldoende om aan te nemen dat hij is ondergedoken.

Beroep gegrond.
Rb Utrecht, NL22.22902, 21.12.22