Rb: bij intrekking verblijfsvergunning asiel ivm strafblad is Kwalificatierichtlijn van toepassing

De staatssecretaris stelt dat de verblijfsvergunning niet onder de reikwijdte van de Kwalificatierichtlijn valt, omdat de verblijfsvergunning is afgegeven op nationale gronden.

De rechtbank overweegt dat van belang is of de beperking waaronder de verblijfsvergunning is verstrekt, valt onder de reikwijdte van de Kwalificatierichtlijn. Uit de Afdelingsuitspraken van 17 juni 2016 ( ECLI:NL:RVS:2016:1780) en 2 juni 2016 (ECLI:NL:RVS:2016:1550) volgt dat de verblijfsvergunning asiel voor onbepaalde tijd rechtstreeks op grond van een vluchtelingenstatus is verleend, zodat die samenvalt met de vluchtelingenstatus. Onder die omstandigheden houdt de intrekking van een verblijfsvergunning asiel voor onbepaalde tijd tevens de intrekking van de vluchtelingenstatus in, zodat artikel 14 Kwalificatierichtlijn daarop van toepassing is.

Voor de intrekking van een verblijfsvergunning asiel voor onbepaalde tijd, die tevens de intrekking van de vluchtelingenstatus inhoudt, is ten minste vereist dat de betreffende vreemdeling door zijn persoonlijk gedrag een werkelijke, actuele en voldoende ernstige bedreiging vormt die een fundamenteel belang van de samenleving aantast. De beoordeling of van een dergelijke bedreiging sprake is, moet blijken uit de motivering van het intrekkingsbesluit.

De staatssecretaris had beter moeten motiveren wat voor soort verblijfsvergunning is verstrekt en waarom deze niet onder de reikwijdte van de Kwalificatierichtlijn valt. De rechtbank stelt de staatssecretaris in de gelegenheid dit gebrek te herstellen

Rb Amsterdam, NL17.10628, 14.2.18